Vanuit lage verwachtingen kun je het beste verrassen. Als mensen geen hoge verwachtingen van je heb, kun je dus de meeste indruk maken. Dat geldt in je werkende leven, maar dat is zeker ook het geval in de sportwereld. Als je zou wedden op Euro 2024 wedstrijden, dan zet je je geld waarschijnlijk niet op landen zoals Oostenrijk of Albanië. Dat zijn, zoals ze dat dan met een mooi woord noemen, underdogs. Maar ook die kunnen succesvol zijn, dat heeft het verleden wel bewezen. We bespreken een aantal mooie voorbeelden van underdogs die het EK voetbal gewonnen hebben.
EK 1976: Tsjecho-Slowakije vs. West-Duitsland (2-2, Tsjecho-Slowakije wint na strafschoppen)
Ook in 1976 ging de finale tussen twee landen die nu niet meer als zodanig bestaan, namelijk Tsjecho-Slowakije en West-Duitsland. Deze werd ook nog eens gespeeld in de Joegoslavische hoofdstad Belgrado. De Duitsers waren heersend wereldkampioen na de winst op Nederland in 1974, maar de Tsjecho-Slowaken begonnen het beste aan de wedstrijd en kwamen via Svehlik en Dobias op een 2-0 voorsprong. Maar ook toen gold al dat het bij Duitsers nooit afgelopen is tot het laatste fluitsignaal heeft geklonken, en dus kwam men dankzij goals van Müller en Hölzenbein weer op een gelijke stand. Verlengen dus, en dat liep uit op een nu enigszins legendarische penaltyserie. Een van de nemers voor de Tsjecho-Slowaken was namelijk Antonín Panenka, die door zijn gechipte penalty in deze serie beroemd én er mede voor zorgde dat Tsjecho-Slowakije de beker mee naar huis mocht nemen.
EK 1992: Denemarken vs. Duitsland (2-0)
Het zal je maar overkomen, dat je al op vakantie bent en gebeld wordt dat je alsnog moet komen opdagen voor het nationaal team. Dat overkwam de Denen in 1992. Door de burgeroorlog werd Joegoslavië op het laatste moment gediskwalificeerd voor het EK voetbal. Dat maakte de weg vrij voor Denemarken om een legendarische prestatie neer te zetten. In het Zweedse Göteborg werd een sprookje geschreven dankzij goals van John Jensen en Kim Vilfort, waarmee de Denen de Duitsers te machtig bleken en zelfs zonder sterspeler Michael Laudrup de beker wisten te bemachtigen.
EK 2004: Griekenland vs. Portugal (1-0)
Misschien wel de lelijkste finalewinst tot nu toe is die van Griekenland in 2004. Het team dat toentertijd gecoacht werd door Otto Rehhagel, speelde het hele toernooi lang zeer defensief, maar ook zeer effectief. Zo wist men zich in de finale te wurmen, waar het gastland Portugal ontmoette. De Griekse ploeg speelde gedisciplineerd en defensief sterk, waardoor het geen mooie en voor Portugal vooral een frustrerende wedstrijd werd. Zeker toen Angelos Charisteas er wel in slaagde om de Grieken in de 57e minuut op voorsprong te koppen. Daar bleef het bij, en zo werd een van de grootste underdog-verhalen in de sportgeschiedenis geschreven, aangezien Griekenland vooraf als kansloos werd beschouwd.
Onderschatting is dus misschien wel een uitstekend wapen. Zoals deze ploegen die vanuit het niets een grote prijs wisten te winnen, kun je de lage verwachtingen gebruiken om mensen te verrassen met waar je toe in staat bent. Er is immers geen mooiere overwinning dan een overwinning die wegens onderschatting niet verwacht wordt. De volgende keer dat iemand je onderschat, lach je dus in je vuistje, en bewijs je ze simpelweg het tegendeel!